stips
stips

John van den Hout

Natalie Raaijmakers in gesprek met John van den Hout.

Natalie: John zou jij mij iets meer kunnen vertellen over jouw visie op innovatie, zeker nu je vanuit dat perspectief tot een weloverwogen keuze bent gekomen?

John: Waar te beginnen... En hoe houd ik het duidelijk en kort. Eigenlijk zou ik moeten beginnen met iets te vertellen over hoe ik aankijk tegen innovaties. Innovaties zijn voor mij in het algemeen te onderscheiden in:
  • Innovaties die van niets, iets maken;
  • Innovaties die van iets, iets beters maken.
Mij gaat het vooral om de eerste groep, innovaties van de lange adem zal ik maar zeggen. Los van dit onderscheid vind ik ook dat innovaties van een dienst echt iets totaal anders is dan innovaties van een product. Immers in de dienst vindt de handeling, de ervaring plaats en niet zoals bij een product, nadat je deze hebt gekocht.

Een innovatief idee ontstaat vanuit een verlangen dan wel gemis en botst negen van de tien keer met bestaande belangen. Juist omdat dit zo is, is het moeilijk om bij bestaande opdrachtgevers innovatieve ideeën in de markt te zetten. Zeker als niet duidelijk is of het ook daadwerkelijk gaat werken. Sinds 2000 ben ik hier in de verschillende functies en organisaties mee bezig geweest. De vraag die daarbij voor mij boven water is gekomen, is: "Is het mogelijk om vanuit de wereld van advisering en interim management ( It Cares, CYIM) dan wel vanuit het perspectief van kennisinstituten (KITTZ) zulke innovaties in de markt te zetten. En zo ja hoe verhoudt dit zich dan tot de andere belangen?"

De vraag stellen is deze als het ware al beantwoorden. Mijn ervaring tot nu toe heeft duidelijk gemaakt dat innovaties van de lange adem heel erg moeilijk in te passen zijn in een rechtstreekse afrekenbare relatie opdrachtgever/ opdrachtnemer. In een dergelijke relatie wordt de innovatie één-dimensionaal en dat is, bij het ont-wikkelen van een idee, de dood in de pot. Er ontstaat dan een bijna blinde overtuigingsdrift en een grote interne gerichtheid. Belangen van opdrachtnemer en /of opdrachtgever worden belangrijker dan het innovatieve concept en de bereidheid om te leren wordt ondergeschikt aan. Wat ik hier zeg, bedoel ik als een objectieve constatering en geenszins als een oordeel.

Juist dit gewaarworden heeft mij het inzicht gebracht dat diensten-innovaties van de lange adem niet thuis horen in de reguliere advies- interim- dan wel kennis wereld. Deze innovaties horen thuis bij individuen, die afhankelijk van de innovatie samenwerkingsnetwerken opbouwen waarin ontwikkeld en geleerd mag worden. Dit inzicht heeft mij gebracht tot mijn weloverwogen keuze.

Natalie: En hoe ga je dit dan nu verder doen?

John: Vooral stapje voor stapje. Alhoewel de weg onzeker is, weet ik wel welke weg ik moet volgen. Dat bewuste keuzes daarin, hoe lastig ook, noodzakelijk zijn. Ik weet ook dat ik anderen daarbij nodig heb en gelukkig heb ik een netwerk van contacten opgebouwd de afgelopen twintig jaar. Ik zal als " éénpitter " vanuit mijn eigen bedrijf Oneplex mijn werkzaamheden gaan uitvoeren. Daarnaast ben ik betrokken bij twee innovatieve stichtingen, te weten Stichting Wateris en Stichting Herrie.nu.

Daarnaast weet ik dat ik een netwerkspeler ben die op weg is en die graag met anderen wil samenwerken. Ook weet ik dat vandaag bestaat bij de gratie van gisteren en het voornemen van morgen. Om in termen van CYIM ( see why i am) af te sluiten. Dit is zoals ik de wereld nu zie en hoe ik het van plan ben te gaan doen.

terug naar de hoofdpagina